BERMBERICHTEN | 14. Bermen en Eikenprocessierupsen
Wees gerust, de
eikenprocessierupsen zijn er nu niet. Ze zijn hooguit nog piepkleine minirupsjes
die in hun eitje de lente afwachten. Enkele zijn wellicht onder de grond in
winterslaap. De foto dateert van begin juni, toptijd voor de rupsen met hun
jeukende haartjes. Ook ik had er dit jaar last van, toen ik een keer op mijn
sandalen een boswandeling was gaan maken. Dat was een beetje dom.
Hoewel ik deze
bermberichtjes in de herfst schrijf, en de rupsenpiek al ver achter ons ligt,
leek het me goed om toch even stil te staan bij het grote belang van natuurlijke
bermen voor de bestrijding van de eikenprocessierups. Dat zit zo.
In de natuur
gaat niks verloren. Waar rupsen in groten getale voorkomen verschijnen rupsen-eters
die van deze eiwitrijke hapjes profiteren. Onze vogels hebben geleerd om ze te
eten. Daarom helpt het ook om nestkastjes op te hangen. Aan de Nieuwe Steeg in
Leersum zijn afgelopen voorjaar nestkastjes opgehangen, er was dit jaar veel
minder overlast van de rupsen.
Maar niet
alleen vogels eten eikenprocessierupsen. Ook veel kevers, spinnen, wespen en
vliegen eten ofwel de rupsen op (lieveheersbeestjes, gaasvliegen), ofwel ze
leggen hun eitjes in de rupsen, waarna de larfjes de rups van binnenuit opeten.
Eet smakelijk!
Maar de
insecten moeten er al zijn als de rupsen verschijnen, ze moeten ergens kunnen
overleven en er moet voedsel zijn in de vorm van nectar. En de nectar vind je
in bermbloemen, zoals bijvoorbeeld fluitenkruid. Fluitenkruid staat veel in de
bermen, ook op de Nieuwe Steeg. Dus de combinatie van bloemrijke bermen en
nestkastjes heeft er in Leersum voor gezorgd dat de natuur het zelf heeft
opgelost en de overlast door rupsen beperkt is gebleven. En doordat de rupsen
als voedsel dienden voor allerlei insecten, zijn er volgend jaar nóg meer insecten
die graag hun kaken zetten in een vette eikenprocessierups.
Als dat geen
win-win is? Bloeiende bermen, meer insecten, maar minder eikenprocessierupsen.
Op de foto een
sluipvlieg. De volwassen vliegen voeden zich met honingdauw en nectar (in de
berm!); de larven leven parasitair in de rupsen van vlinders. De eieren worden direct
op het lichaam van de gastheer (rups) gelegd. De larfjes komen bijna
onmiddellijk uit en boren zich naar binnen. Andere soorten leggen het ei via
een wondje in het lichaam van de rups. Weer anderen leggen eieren van heel
klein formaat en in enorme hoeveelheden op het substraat in de buurt van de rupsen.
De eieren komen uit zodra de rups ze inslikt en de larfjes boren zich door de
darmwand naar binnen. (bron: wikipedia)
(foto van eikenprocessierupsen
en sluipvlieg, gemaakt op landgoed Zuylestein door Ben Verboom)
Comments
Post a Comment